De minister voor Medische Zorg en Sport heeft de nota naar aanleiding van het verslag inzake het voorstel tot wijziging van de Zorgverzekeringswet (Zvw) naar de Eerste Kamer gestuurd. De wijziging betreft het ongewijzigd laten van het verplichte eigen risico voor de zorgverzekering tot en met het jaar 2021.
Omdat de hoogte van het verplichte eigen risico vooral een politieke keuze is, heeft het kabinet de bevriezing beperkt tot het jaar 2021. Een nieuw kabinet zal zijn eigen afweging daarin maken. De uitgaven in het kader van de Zvw worden gedekt uit de nominale premie, het eigen risico, de eigen bijdragen, de inkomensafhankelijke bijdrage en de rijksbijdrage voor verzekerden tot 18 jaar. Wettelijk is vastgelegd dat de inkomensafhankelijke bijdrage de helft van de uitgaven dekt en de overige bronnen de andere helft. Dat betekent dat de verminderde opbrengsten door de bevriezing van het eigen risico gecompenseerd zullen worden door hogere nominale premies. Verzekerden, die hun eigen risico niet volmaken, gaan door de stijging van de nominale premie meer betalen voor zorg.