Category Archives: Toeslagen

Uitzonderingen vermogenstoets toeslagregelingen

Voor enkele toeslagregelingen gelden vermogenstoetsen. Het gaat om de zorgtoeslag, de huurtoeslag en het kindgebonden budget. Boven een bepaald vermogen komen mensen niet in aanmerking voor toekenning van een toeslag. In een ministeriële regeling zijn twee uitzonderingen op de vermogenstoets voor toeslagregelingen vastgelegd. Het gaat om de toename van het vermogen in box 3 als gevolg van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag en om de coronazorgbonus.

Met deze uitzonderingen moet het verlies van de aanspraak op een of meerdere toeslagen voor belanghebbenden die afhankelijk zijn van inkomensondersteuning worden voorkomen.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | nr. 2020-0000246492, Staatscourant 2020, Nr. 66571 | 30-12-2020

Vermogenstoets zorgtoeslag

De minister voor Medische Zorg heeft de bedragen van de vermogenstoets voor de zorgtoeslag per 1 januari 2021 gewijzigd. Een verzekerde met een rendementsgrondslag voor box 3 van de inkomstenbelasting van meer dan € 118.479 heeft geen recht op zorgtoeslag. Verzekerde partners met een gezamenlijke rendementsgrondslag van meer dan € 149.819 hebben ook geen recht op zorgtoeslag.

Bron: Overig | besluit | 1797818-215820-WJZ, Stcrt.2020, 67965 | 27-12-2020

Vaststelling uurprijzen kinderopvang 2021

De maximum uurprijzen voor kinderopvang voor het jaar 2021 zijn definitief vastgesteld. De definitieve bedragen wijken niet af van de eerder gepubliceerde voorlopige bedragen.

Maximum uurprijs 2020 2021
 Dagopvang  € 8,17  € 8,46
 Buitenschoolse opvang  € 7,02  € 7,27
 Gastouderopvang  € 6,27  € 6,49 

 

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | Staatsblad 2020, nr. 376, | 12-10-2020

Verhoging kindgebonden budget 2021

Het kindgebonden budget is een inkomensafhankelijke regeling. De hoogte van het bedrag aan kindgebonden budget dat een huishouden ontvangt, hangt af van het aantal en de leeftijd van de kinderen, de hoogte van het inkomen en het vermogen en het type huishouding. De bedragen per kind zijn vanaf het derde kind lager dan de bedragen voor de eerste twee kinderen. Het maximumbedrag vanaf het derde kind wordt met ingang van 1 januari 2021 verhoogd van € 297 naar € 919 per jaar.

De verhoging van het maximumbedrag van het kindgebonden budget vanaf het derde kind vindt plaats nadat de bedragen van het kindgebonden budget uit 2020 geïndexeerd zijn met de tabelcorrectiefactor. Voor 2021 bedraagt deze 1,6%.

Maximumbedragen voor kinderen jonger dan 12 jaar

 Aantal kinderen <12 jaar

 bedrag per jaar in 2020

 bedrag per jaar in 2021

 1

 € 1.185

 € 1.204

 2

 € 2.190

 € 2.226

 3

 € 2.487

 € 3.145

 4 en meer

 € 2.487 + € 297 per kind vanaf het vierde kind

 € 3.145 + € 919 per kind vanaf het vierde kind

Bron: Ministerie van Sociale Zaken | besluit | 21-09-2020

Aanpassing beleidsbesluit toeslagen

Het beleidsbesluit met betrekking tot de toeslagen is gewijzigd. In het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag is goedgekeurd dat rente wordt vergoed bij een herziening van een op 23 oktober 2019 onherroepelijk vaststaande terugvorderingsbeschikking kinderopvangtoeslag. Ook is goedgekeurd dat bij een dergelijke herziening in rekening gebrachte rente en betaalde kosten van invordering worden vergoed. Herziening is niet aan de orde als meer dan vijf jaar is verstreken na de laatste dag van het jaar waarop de terugvordering betrekking heeft en/of het recht op kinderopvangtoeslag met minder dan € 1.500 is verlaagd.

Voor wat betreft de vergoeding van rente worden een herziening van een toekenningsbeschikking in het voordeel van de belanghebbende en een herziening van een terugvorderingsbeschikking gelijk behandeld.

Bij een te late betaling van een op 23 oktober 2019 vaststaande terugvorderingsbeschikking kinderopvangtoeslag kan rente in rekening zijn gebracht. Bij een herziening van die terugvorderingsbeschikking zal de in rekening gebrachte rente naar evenredigheid worden vergoed.

Als kosten van invordering ter zake van een op 23 oktober 2019 vaststaande terugvordering later geheel of gedeeltelijk onverschuldigd blijken te zijn als gevolg van herziening worden deze onverschuldigd betaalde kosten aan de ouder vergoed.

Dat geldt ook voor in rekening gebrachte rente en betaalde kosten van invordering ingeval de herziene toekenning tot een lagere terugvordering zou hebben geleid.

Deze goedkeuringen zijn vooruitlopend op aanpassing van wetgeving in dit besluit opgenomen. Het wetsvoorstel waarin deze goedkeuringen zijn opgenomen is op Prinsjesdag 2020 ingediend bij de Tweede Kamer.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | Staatscourant 2020 nr. 45908, nr. 2020-156992 | 06-09-2020

Maximum uurprijzen kinderopvang 2021

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een ontwerpbesluit met de maximum uurprijzen voor kinderopvang voor het jaar 2021 naar de Tweede Kamer gestuurd. Volgens dit ontwerpbesluit worden de voor 2020 geldende maxima verhoogd met 3,5%. De definitieve vaststelling volgt op een later moment.

 Maximum uurprijs 

  2020 

  2021 

 Dagopvang 

 € 8,17 

 € 8,46 

 Buitenschoolse opvang 

 € 7,02 

 € 7,27 

 Gastouderopvang 

 € 6,27 

 € 6,49 

 

Bron: Ministerie van Sociale Zaken | besluit | 2020-0000075120 | 11-06-2020

Tegemoetkoming eigen bijdrage kosten kinderopvang

Op last van het kabinet zijn de kinder- en gastouderopvang op 16 maart 2020 gesloten. Het kabinet heeft aangekondigd ouders tegemoet te komen in de eigen bijdrage voor de kosten van de opvang. De regeling waarin de tegemoetkoming is uitgewerkt is nu gepubliceerd. De tegemoetkoming geldt voor de periode van 16 maart tot en met 19 mei 2020. Er wordt gebruik gemaakt van de bij de Belastingdienst/Toeslagen bekende gegevens voor de vaststelling van het bedrag voor de tegemoetkoming. Ouders hoeven geen aanvraag in te dienen. De Sociale Verzekeringsbank keert het bedrag rechtstreeks uit en stuurt een beschikking met een uitleg over de wijze van berekening. Mocht er worden besloten dat de periode waarin basisscholen en kinderopvang gedeeltelijk gesloten blijven wordt verlengd, dan zal de uitkering betrekking hebben op deze langere periode. De vaststelling van de tegemoetkoming zal dan op een later moment plaatsvinden dan in de maand juni of juli van dit jaar. De tegemoetkoming ziet alleen op de eigen bijdrage in de kosten van de kinderopvang in de bedoelde periode waarover de ouder kinderopvangtoeslag heeft ontvangen en tot de maximum uurprijs.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | Staatsblad 2020, 134 | 14-05-2020

Kamervragen afschaffing stelsel zorgtoeslag

In de Tweede Kamer zijn vragen gesteld naar aanleiding van een artikel in het Financieel Dagblad over afschaffing van de zorgtoeslag zonder dat dit inkomenseffecten heeft.

De kern van het betoog is dat tegenover de afschaffing van de zorgtoeslag mensen een heffing betalen aan de Belastingdienst van € 85 per maand minus de zorgtoeslag. De opbrengst van de heffing plus het budget van de huidige zorgtoeslag wordt gebruikt voor een verlaging van de nominale premie van de ziektekostenverzekering van € 85 per maand. In de beantwoording van de vragen geven de staatssecretarissen van Volksgezondheid en Financiën aan dat het voorstel inkomenseffecten heeft, waarvan niet duidelijk is of en hoe deze worden gecompenseerd. Bij een verlaging van de premie met € 85 per maand gaan alleenstaanden met een inkomen op of onder het minimumloon er ruim € 200 op achteruit. Dit betreft circa 3 miljoen huishoudens. De voorgestelde maandelijkse heffing moet worden ingepast in het belastingstelsel. Niet duidelijk is wat er binnen dat stelsel gewijzigd zou moeten worden. Of het voorstel uitvoerbaar is voor de Belastingdienst is zonder nadere uitwerking niet in te schatten.

De staatssecretarissen geven aan dat het kabinet meerdere alternatieven gaat onderzoeken voor aanpassingen binnen het bestaande zorgverzekeringsstelsel. Zij verwijzen naar de kabinetsreactie op het Interdepartementaal Beleidsonderzoek toeslagen.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 1645880-201678-MEVA | 07-05-2020

Overzicht wetgeving op gebied van toeslagen

De staatssecretaris van Financiën heeft aan de Tweede Kamer een overzicht gestuurd van wetgeving op het gebied van toeslagen. Bij de Kamer is inmiddels het wetsvoorstel Fiscale verzamelwet 2021 ingediend. Dit wetsvoorstel bevat de wettelijke grondslag voor de compensatieregeling betreffende toeslagzaken.

Op korte termijn komt de staatssecretaris met een spoedwetsvoorstel dat een uitbreiding van de bestaande hardheidsclausule en de invoering van een hardheidsregeling in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen omvat. Het is de bedoeling dat dit wetsvoorstel per 1 juli 2020 in werking treedt. Met de uitbreiding van de hardheidsclausule wordt het mogelijk om tegemoet te komen aan die gevallen waarin de toepassing van wet- en regelgeving op het gebied van toeslagen leidt tot niet voorziene en niet beoogde gevolgen. Op basis van de hardheidsregeling kunnen ouders, die langer dan vijf jaar geleden zijn geconfronteerd met een hoge terugvordering, het ten onrechte teruggevorderde bedrag aan kinderopvangtoeslagen alsnog ontvangen. Ouders die met herziening of reparatie niet geholpen zijn en die in een bijzondere situatie zitten, kunnen een verzoek om compensatie indienen bij de Belastingdienst/Toeslagen.

De staatssecretaris overweegt om de wettelijke grondslag voor de compensatieregeling over te hevelen naar het spoedwetsvoorstel inzake de hardheidsregeling. Indien daartoe wordt besloten, komt er een nota van wijziging bij het spoedwetsvoorstel.

Daarnaast wordt gewerkt aan een wetsvoorstel met maatregelen ter verbetering van de uitvoering van toeslagen. Dit wetsvoorstel zal op Prinsjesdag worden ingediend.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2020-0000068743 | 07-05-2020

Bedragen kindregelingen 2020

Kinderbijslag
Met ingang van 1 januari 2020 gelden de volgende bedragen per kind per kwartaal.

Leeftijd kind

Bedrag

0 t/m 5 jaar

€ 221,49

6 t/m 11 jaar

€ 268,95

12 t/m 17 jaar 

 € 316,41

Kinderopvang
De maximum uurprijzen voor dagopvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang voor 2020 zijn als volgt:

  • dagopvang € 8,17;
  • buitenschoolse opvang € 7,02;
  • gastouderopvang € 6,27.

Kindgebonden budget
Voor het kindgebonden budget gelden de volgende bedragen op jaarbasis.

Aantal kinderen

Inkomen tot € 21.430

1

€ 1.185

2

€ 2.190

3

€ 2.487

4

€ 2.784

Voor ieder volgend kind wordt het kindgebonden budget verhoogd met € 297. Verder geldt een verhoging van het kindgebonden budget voor 12- tot 15-jarigen van € 243 per jaar. De verhoging voor 16- en 17-jarigen is € 434 per jaar. Voor een alleenstaande ouder wordt het kindgebonden budget verhoogd met € 3.190. Het recht op kindgebonden budget vervalt als het vermogen in box 3 op 1 januari groter is dan € 116.613 voor een alleenstaande en € 147.459 voor partners. Bij een inkomen hoger dan € 21.430 daalt het kindgebonden budget met 6,75% van het meerdere inkomen.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken | besluit | 03-01-2020