Category Archives: Corona update

Contouren maatregel evenementen vierde kwartaal 2021

In juni 2021 is de garantieregeling voor evenementen (TRSEC) in werking getreden. De regeling geldt voor zakelijke, sport- en publieksevenementen. De regeling compenseert organisatoren voor gemaakte kosten. Deze regeling loopt door tot het einde van 2021. Aanvankelijk bestond de compensatie voor 80% uit een gift en voor 20% uit een lening. Met ingang van 9 juli is dit gewijzigd in een 100% gift voor evenementen, die zouden plaatsvinden tot 25 september maar door de overheidsmaatregelen niet door konden gaan. Deze verruiming moet nog door de Europese Commissie worden goedgekeurd.

Naast de garantieregeling is een aanvullende tegemoetkoming voor evenementen (ATE) toegezegd, met een budget van € 120 miljoen. De ATE is bedoeld voor evenementen die door de evenementenverboden niet konden doorgaan en niet voldeden aan de voorwaarden van de TRSEC. Dit betreft zowel grote, professioneel georganiseerde evenementen als kleinere, lokale evenementen. De ATE kent een minimumbedrag van € 2.500 voor gemaakte kosten. De ATE is nog niet uitgewerkt, maar wordt naar verwachting eind vierde kwartaal gepubliceerd na goedkeuring door de Europese Commissie.

Voor evenementen die door de nu nog geldende maatregelen niet op volledige capaciteit kunnen doorgaan biedt het kabinet een tegemoetkoming. De regeling is bedoeld voor activiteiten die binnen plaatsvinden en waarbij ten minste een deel van de bezoekers geen vaste zitplaats heeft. Voor de regeling gelden de volgende uitgangspunten:

  • De regeling geldt voor professionele organisatoren.
  • Het gaat om evenementen waar een culturele component centraal staat.
  • Zalen en evenementen met de vergunde capaciteit van ten minste 300 personen komen in aanmerking voor een tegemoetkoming.
  • De toegestane capaciteit vanaf 25 september van een zaal of evenement wordt berekend op 75% van de vergunde capaciteit.
  • Mocht een evenement meer dan 75% van de hierboven genoemde capaciteit hebben verkocht, dan kan de organisator een aanvraag voor een tegemoetkoming doen.
  • De tegemoetkoming bestaat uit het vergoeden van de niet-verkochte kaartjes tot 100% van de capaciteit.
  • De regeling wordt zo snel mogelijk gepubliceerd in de Staatscourant en geldt met terugwerkende kracht vanaf 25 september.
Bron: Overig | publicatie | 29525323 | 23-09-2021

Termijn aanvraag OVK verlengd

De subsidie financiering ongedekte vaste kosten land- en tuinbouwbedrijven COVID-19 (OVK) is een opslag op de tegemoetkoming vaste lasten (TVL). Omdat de aanvraagperiode voor de TVL is verlengd, heeft de minister van LNV besloten om ook de aanvraagperiode voor de OVK te verlengen. De openstelling van de regeling is verlengd tot en met 30 september 2021, 17.00 uur.

Bron: Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit | besluit | Staatscourant 2021, Nr. 39924, WJZ/ 21208791 | 30-08-2021

Einde generieke steun coronacrisis

Per 1 oktober 2021 komt er een einde aan de generieke steunmaatregelen ter bestrijding van de coronacrisis. Het gaat om de regelingen NOW, TVL, Tozo en TONK en om een aantal fiscale maatregelen.

Garantieregelingen

Niet alle maatregelen worden gestaakt. Een aantal specifieke maatregelen blijft van kracht in het vierde kwartaal van 2021. Van de coronafinancieringsregelingen KKC, Qredits overbruggingskrediet, BMKB-C en GO-C kan ook in het vierde kwartaal gebruik worden gemaakt. Dat geldt ook voor het Garantiefonds Evenementen.

Een regeling voor de nachthoreca voor het vierde kwartaal is aangekondigd. Hoe deze eruit zal zien is nog niet bekend.

Uitstel van belastingbetaling

De bijzondere regeling voor uitstel van belastingbetaling voor ondernemers stopt op 1 oktober 2021. Vanaf die datum dienen ondernemers weer belasting te gaan betalen. De betaling van belastingen waarvoor uitstel is verleend onder de bijzondere regeling vangt aan op 1 oktober 2022. Aflossing moet in maximaal vijf jaar plaatsvinden. Dit geldt voor alle schulden van ondernemers die wegens de coronacrisis uitstel van betaling hebben gekregen, dus ook de schulden waar de ondernemer geen verlenging voor heeft aangevraagd. 

Overige belastingmaatregelen

De mogelijkheid om een vaste onbelaste reiskostenvergoeding te betalen ondanks een gewijzigd reispatroon loopt door tot 1 januari 2022. Dat geldt ook voor de regeling betaalpauze hypotheken. Ook de vrijstelling voor een aantal Duitse netto-uitkeringen loopt door tot het einde van het jaar. Met Duitsland en België wordt overleg gevoerd om de bestaande afspraken over de belastingheffing van grenswerkers tot 1 januari 2022 voort te zetten.

Beëindiging Tozo

Door de beëindiging van de Tozo moeten ondernemers voor financiële ondersteuning vanaf 1 oktober een beroep doen op de reguliere bijstand voor zelfstandigen. Deze regeling is tijdelijk vereenvoudigd. Tot einde 2021 hoeven gemeenten geen vermogenstoets uit te voeren en kunnen ondernemers met terugwerkende kracht van maximaal twee maanden een uitkering aanvragen. Gemeenten stellen in deze periode het inkomen en de hoogte van de uitkering per kalendermaand in plaats van per boekjaar vast. Vanaf 1 januari 2022 geldt het Besluit bijstand zelfstandigen weer op reguliere wijze.

Terugkeer Werktijdverkorting

De regeling werktijdverkorting is door de invoering van de NOW buiten werking gesteld. Omdat de NOW per 1 oktober stopt, herleeft de werktijdverkorting per die datum. Deze regeling biedt ondersteuning aan werkgevers die worden getroffen door een kortdurende buitengewone omstandigheid, die niet tot het ondernemersrisico behoort.

Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | publicatie | CE-AEP / 21220232 | 29-08-2021

TVL-regeling derde kwartaal 2021

De staatssecretaris van EZK heeft de TVL-regeling voor het derde kwartaal van 2021 gepubliceerd. In brieven aan de Tweede Kamer van 27 mei en 29 juni 2021 is de voortzetting van de TVL in het derde kwartaal aangekondigd. De enige wijziging ten opzichte van de regeling voor het tweede kwartaal is de verlaging van het maximumsubsidiebedrag voor grote ondernemingen naar € 600.000 per groep. Dat is gelijk aan het bedrag dat gold in het eerste kwartaal van 2021. De verhoging in het tweede kwartaal was eenmalig en bedoeld om ook grote ondernemingen de mogelijkheid te geven reeds vanaf het tweede kwartaal subsidie te ontvangen tot aan het staatssteunplafond van € 1,8 miljoen per groep.

Vanwege het staatssteunkarakter is de regeling door de Europese Commissie beoordeeld en goedgekeurd. De goedkeuring betreft het verlenen van de subsidie en de vrijstelling van deze subsidie van belastingheffing.

Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | besluit | Staatscourant 2021, Nr. 37680 | 11-08-2021

Terugbetaling voorschot NOW-1

Een werkgever vroeg een tegemoetkoming in de loonkosten op grond van de NOW-1 aan in verband met een verwacht omzetverlies van 35%. Het UWV kende een bedrag van € 16.273 toe, waarvan € 13.020 als voorschot is uitbetaald. De definitieve tegemoetkoming werd vastgesteld op € 139. Het te veel betaalde voorschot ad € 12.881 is teruggevorderd. De werkgever was het niet eens met de definitieve vaststelling.

Het verschil tussen de aanvankelijk berekende tegemoetkoming en de definitieve tegemoetkoming werd veroorzaakt door een verlaging van de loonsom van de werkgever ten opzichte van de refertemaand januari 2020. De definitieve tegemoetkoming is verlaagd met het verschil tussen de loonsommen. De werkgever voerde aan dat bij de vaststelling geen rekening is gehouden met het feit dat vier personeelsleden al in januari 2020 hadden opgezegd. Naar zijn mening is de loonsom van deze vier personeelsleden ten onrechte volledig in mindering gebracht op de definitieve tegemoetkoming.

De rechtbank ziet in de tekst van de regeling geen aanleiding om het standpunt van de werkgever over te nemen. Uit de tekst volgt namelijk dat de hoogte van de subsidie berekend wordt door het percentage van de omzetdaling te vermenigvuldigen met de totale loonsom van de werknemers waarvoor de werkgever het loon heeft uitbetaald in januari 2020 maal 3, welk bedrag achtereenvolgens vermenigvuldigd wordt met 1,3 en 0,9. Uit de verzamelloonstaat blijkt dat de vier werknemers die hun arbeidsovereenkomst in januari 2020 opgezegd hebben, in januari 2020 nog in dienst waren en over deze maand loon uitbetaald hebben gekregen. De loongegevens van deze vier werknemers konden daarom niet buiten beschouwing worden gelaten bij de berekening van de subsidie.

Verder volgt uit de tekst van de regeling dat wanneer de loonsom over de periode van 1 maart tot en met 31 mei 2020 lager is dan driemaal de totale loonsom over januari 2020, de subsidie verlaagd wordt met de loonsom over de periode van 1 maart tot en met 31 mei 2020, vermenigvuldigd met 1,3 x 0,9. Het verschil in loonsom wordt in die situatie volledig van de tegemoetkoming afgetrokken, zonder dat daarbij het percentage van de omzetdaling wordt betrokken. Volgens de rechtbank is deze vermindering door de wetgever beoogd. De rechtbank ziet geen ruimte om af te wijken van de bepalingen van de NOW-regeling.

Bron: Rechtbank | jurisprudentie | ECLINLRBDHA20218449, SGR 21/1491 | 22-07-2021

Opening aanvraagloket TVL derde kwartaal 2021

Vanaf 31 augustus 2021 om 08:00 uur kunnen ondernemers de TVL over het derde kwartaal van 2021 aanvragen. Het aanvraagloket sluit op 26 oktober om 17:00 uur. Voor een tegemoetkoming op basis van de TVL dienen ondernemers door de coronacrisis ten minste een omzetverlies van 30% te lijden. Het omzetverlies wordt bepaald door de omzet van het derde kwartaal van 2021 te vergelijken met de omzet van het derde kwartaal van 2019 of 2020, naar keuze van de ondernemer. De berekende vaste lasten dienen minimaal € 1.500 per kwartaal te bedragen. De vaste lasten worden berekend aan de hand van een sectorafhankelijk percentage van de omzet van de onderneming. De minimale subsidie bedraagt € 1.500. Grote ondernemingen kunnen maximaal € 600.000 ontvangen voor het derde kwartaal. In het tweede kwartaal was dit € 1,2 miljoen. Voor mkb-bedrijven bedraagt het maximum € 550.000.

Voor de land- en tuinbouwsector geldt ook in het derde kwartaal een opslag op de TVL voor speciale kosten voor het in leven houden van dieren en gewassen. Deze opslag van 21% wordt bij het percentage vaste lasten geteld. De opslag kent een maximum van € 225.000 voor de gehele coronaperiode.

Maximum aan staatssteun

Een ondernemer mag in totaal niet meer dan € 1,8 miljoen aan staatssteun ontvangen. Als een onderneming bij de aanvraag voor de TVL over het derde kwartaal deze grens zou overschrijden, wordt de subsidie lager vastgesteld. Als met de TVL over het tweede kwartaal het maximum al is bereikt, wordt de aanvraag voor het derde kwartaal afgewezen.

Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | publicatie | 15-08-2021

Regeling NOW-4 gepubliceerd

De minister van SZW heeft de op 27 mei 2021 aangekondigde verlenging van de NOW-regeling gepubliceerd in de Staatscourant. Hoewel het de zesde tranche van de NOW betreft, heeft de regeling de naam NOW-4 gekregen. Ten opzichte van de NOW-3 geldt in het derde kwartaal van 2021 een omzetverliesplafond. Het op te geven omzetverlies voor de berekening van de hoogte van de NOW wordt begrensd op 80%. Een hoger verwacht of gerealiseerd omzetverlies dan 80% leidt niet tot een hoger subsidiebedrag. Het subsidiepercentage blijft 85. Dit betekent dat een bedrijf met een omzetverlies van 80% of meer subsidie krijgt voor 68% (80 x 85%) van de loonkosten. Voor bedrijven met een omzetverlies van 20 tot 80% verandert er niets ten opzichte van de eerdere regeling. Het kabinet verwacht dat in het vierde kwartaal van dit jaar alle restricties en contactbeperkende maatregelen zullen zijn opgeheven. Daarom wordt alle steun, waaronder de NOW, met ingang van het vierde kwartaal beëindigd.

Evenals in de NOW-1, -2 en -3 geldt een omzetverliesdrempel van 20%. De forfaitaire opslag voor werkgeverslasten van 40% blijft in stand. Ook de maximering van het in aanmerking te nemen loon blijft hetzelfde, namelijk tweemaal het maximum dagloon (€ 9.812,30 per maand).

Ook onder de NOW-4 mag de loonsom met 10% dalen zonder gevolgen voor het subsidiebedrag.

Onder de NOW-4 is een derdenverklaring nodig vanaf € 40.000 aan voorschot of definitief subsidiebedrag. Een accountantsverklaring is vereist wanneer het voorschot of de definitieve subsidie € 125.000 of meer bedraagt.

Een aanvraag voor de NOW-4 kan tot en met 30 september 2021 worden ingediend bij het UWV.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | besluit | nr. 2021-0000100044, Stcrt. 2021, 36246 | 22-07-2021

Regeling subsidie financiering ongedekte vaste kosten land- en tuinbouwbedrijven COVID-19

De minister van LNV heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over de openstelling van de regeling subsidie financiering ongedekte vaste kosten land- en tuinbouwbedrijven COVID-19 (OVK) per 7 juli. De OVK heeft als doel om de maxima van het steunpakket voor de primaire landbouwbedrijven gelijk te trekken met die van niet-landbouwbedrijven. Het maximum van het Europese tijdelijke staatssteunkader voor landbouwbedrijven bedraagt € 225.000 en is lager dan het maximum voor andere bedrijven van € 1,8 miljoen. Daarom is onder een andere paragraaf van het tijdelijke staatssteunkader een regeling opgesteld, die het mogelijk maakt om ook middelgrote land- en tuinbouwbedrijven (SBI-codes 01.1 tot en met 01.5) substantieel te helpen.

Het betreffende staatssteunkader bepaalt dat, anders dan bij de TVL, omzetverlies niet direct gedekt kan worden. De subsidie moet gebaseerd worden op de ongedekte vaste kosten. Van de ongedekte vaste kosten wordt 70% vergoed. De OVK vormt een aanvulling op de TVL. Agrarische ondernemers moeten eerst de reguliere TVL volledig benutten voordat zij toekomen aan de OVK.

De OVK kan in één keer worden aangevraagd voor het eerste en het tweede kwartaal van 2021. De subsidie voor deze twee kwartalen wordt in één keer verleend.

Bron: Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit | publicatie | DGA-EIA / 21162046 | 20-07-2021

Steunmaatregel varend erfgoed

Onderdeel van het aanvullende steunpakket voor de culturele en creatieve sector is een regeling voor het behoud van het varend erfgoed, de zogenaamde bruine vloot. De regeling is een aanvulling op de TVL en betreft de voor de bruine vloot onvermijdbare variabele lasten. Voor de vormgeving van de regeling is waar mogelijk aangesloten bij de systematiek van de TVL.

De subsidie is bedoeld voor in Nederland gevestigde mkb-ondernemingen, die in het handelsregister zijn ingeschreven onder de SBI-code 5010, 5030 of 9103 of die activiteiten verrichten die onder deze codes vallen. De onderneming dient eigenaar te zijn van een historisch zeilschip, waarvan de kiel is gelegd in 1971 of eerder en dat wordt gebruikt voor de passagiersvaart. De regeling geldt uitsluitend voor private ondernemingen. De subsidie wordt bepaald op basis van de omzet in de referentieperiode, het omzetverlies in de subsidieperiode, het percentage vaste lasten en variabele lasten en het subsidiepercentage.

Om in aanmerking te komen voor subsidie moet een onderneming ten minste 30% omzetverlies hebben. Het omzetverlies wordt bepaald door de omzet van het tweede tot en met het vierde kwartaal van 2020 te vergelijken met dezelfde periode in 2019. Om aanspraak te kunnen maken op de subsidie moeten de vaste en variabele lasten van de onderneming meer dan € 1.000 bedragen. Overeenkomstig de systematiek van de TVL worden de vaste en variabele lasten bepaald door de omzet in de referentieperiode te vermenigvuldigen met het omzetverlies en met het vaste lastenpercentage plus het variabele lastenpercentage. Het aandeel van de vaste lasten in de omzet is bepaald op 43%. Het aandeel variabele lasten in de omzet is bepaald op 30%. Het subsidiepercentage bedraagt 50. Het subsidiebedrag kent een bovengrens van € 124.999 per onderneming.

Aanvragen kunnen worden ingediend van 29 juni 2021 tot en met 24 augustus 2021. De subsidie wordt direct vastgesteld, zonder voorafgaande beschikking tot subsidieverlening. Het volledige subsidiebedrag wordt direct uitgekeerd. De uiterste datum van subsidievaststelling is 31 december 2021. Na deze datum vervalt de regeling.

Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | besluit | Staatscourant 2021, Nr. 33700 | 27-06-2021

Voortgang TONK

De minister van SZW heeft een de Tweede Kamer in een brief geïnformeerd over de voortgang van de Tijdelijke Ondersteuning voor Noodzakelijke Kosten (TONK). In het kader van de verlenging van het steun- en herstelpakket is ook de TONK verlengd tot 1 oktober 2021.

De TONK is geïntroduceerd omdat andere regelingen geen of onvoldoende steun boden. De TONK is opgenomen in het juridisch kader van de bijzondere bijstand als onderdeel van de Participatiewet. Het kader van de bijzondere bijstand betekent dat er sprake moet zijn van bijzondere omstandigheden waarin de noodzakelijke kosten door een huishouden niet kunnen worden voldaan uit de resterende draagkracht. Gemeenten voeren de TONK uit en kunnen zelf de voorwaarden bepalen waaronder ondersteuning wordt verleend. Het aanvankelijk beschikbaar gestelde budget van € 130 miljoen is verdubbeld.

Het aantal aanvragen voor de TONK ligt lager dan verwacht. Dat biedt gemeenten de mogelijkheid om hun beleid te verruimen. Veel gemeenten hebben de regeling inmiddels aangepast of zijn van plan dat te doen.

De minister is van mening dat gemeenten op een goede wijze invulling geven aan de uitvoering van de TONK en dat de verschillen qua toepassing tussen gemeenten kleiner zijn geworden.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | publicatie | 2021-0000107690 | 11-07-2021